Het lef van Dione Housheer. Het vernuft Larissa Nusser. Of de snelheid van Anouk Nieuwenweg. Jonge opbouwsters bonken op de deur bij de nationale ploeg. In de hoek blijft het angstvallig stil.
Naar hartelust wisselde bondscoach Helle Thomsen door tegen Kosovo. Ervaren krachten als Lynn Knippenborg en Esther Schop maakten plaats voor Delaila Amega en Merel Freriks. Op de hoekpositie blijft het behelpen.
Tegen Wit-Rusland bleef linkerhoekspeelster Martine Smeets zestig minuten lang staan. De international maakte er vijf. Keurig. Maar wanneer Smeets haar dag niet heeft, is de nationale ploeg kwetsbaar. Aan de overkant is door de blessure van Angela Malestein Debbie Bont de enige troef op de rechterhoek.
Jong Oranje
Net als op de afgelopen eindtoernooien, toen Lois Abbingh en Estavana Polman opschoven naar de hoek, posteerde Thomsen opbouwspeelsters op de flank. Zo vielen jongelingen Nusser en Nieuwenweg in. Échte vakspecialisten zijn het niet.
Sanne Hoekstra en Michelle Goos zijn gepasseerd en lijken in de ogen van de bondscoach geen EK-materiaal. Ook toonde Thomsen in de verschillende voorselecties weinig interesse in de nieuwe generatie hoekspeelsters. Maatjes van Housheer en Freriks die in Jong Oranje op de hoek uitkomen staan niet op de radar.
Eindtoernooien
Het is wachten op een exceptioneel talent op de flank. Met Smeets (28), Bont (27) en Malestein (25) houdt de nationale ploeg het op grote eindtoernooien nog wel even uit. Maar concurrentie, een hete adem in de nek, lijkt geen overbodige luxe. Zeker wanneer een bewapend Noorwegen wacht in de hoofdfase van het EK.