Haagse derby zonder favoriet

Ook dit seizoen moeten de handballers van Hellas en Hercules zich via de nacompetitie in de degradatiepoule proberen te handhaven in de eredivisie. Zaterdag staan de Haagse rivalen tegenover elkaar in de play-downs. AD maakte een sterkte/zwakte analyse op basis van vijf elementen.

Aanvallende kracht
Tijdens de reguliere competitie scoorde Hercules in achttien wedstrijden vaker dan opponent Hellas. De ploeg van coach Roestenburg trof 441 keer het net, de Hellenen slechts 376 maal. Beide teams kampten met blessures van opbouwers en schutters. Hercules beschikte over meer schotkracht vanuit de tweede lijn en vanaf de hoeken. Het team van de trainers Budding/Saponjic kwam per duel niet verder dan gemiddeld 21 doelpunten. Te weinig om een tegenstander te verontrusten. De 25 treffers van Hercules kwamen beter overeen met het eredivisiegemiddelde.

Verdedigende sterkte
In defensief opzicht ontliepen de rivalen elkaar niet veel. Hellas kreeg 470 doelpunten tegen dankzij een sterke verdediging en twee voortreffelijke keepers. Hercules moest er 467 incasseren op basis van een hechte defensie en een vaak uitblinkende doelman. Gemiddeld 26 treffers tegen is niet slecht in de eredivisie. De opponenten houden elkaar in evenwicht.

Jeugdig talent
Beide clubs beschikken over jeugdige talenten uit de eigen opleiding. Bij Hercules kregen Yannick Boers, Kevin Landsweers en Tim Frenk de nodige speeltijd. Bij Hellas blonken Bernie Vermeer, Tim Fennis en Donny Vink regelmatig uit. Je mag van die jonkies niet verwachten dat ze op jeugdige leeftijd de kar kunnen trekken. De ervaren krachten lieten het nogal eens afweten, terwijl de youngsters met passie hun kans grepen. Bij beide clubs zit een aantal talenten in de pijplijn.

Stabiliteit
Zowel Hellas als Hercules vertoonde een opvallende onevenwichtigheid. Hercules begon de competitie onverwacht sterk. Ondanks het vertrek van drie basisspelers en twee blessures maakte het lang aanspraak op een plaats in de kampioenspoule. Na de winterstop kreeg Hercules er aanwinsten bij, maar toen kwam juist de klad erin. Zo belandde Hercules toch in de degradatiepoule. Een tegenvaller na die sterke seizoenstart.

Ook Hellas toonde zich weinig stabiel gedurende het seizoen. Er volgde vanaf januari een serie goede wedstrijden, maar er waren te veel pieken en dalen. Het spel was te opportunistisch. Coach Saponjic zag de mentale weerbaarheid van zijn team als grootste obstakel. Veel verliezen is niet bevorderlijk voor het vertrouwen. De geringe stabiliteit kostte beide clubs veel punten.

Mentale weerbaarheid
Hellas heeft de kwaliteit hoger te eindigen in de eredivisie dan de laatste plaats. De spelers vinden dat zelf ook, maar coach Saponjic zag daarvan vaak weinig terug in het veld. Het zijn meer praters dan doeners, luidde zijn verwijt. Zelf een gepassioneerd coach verwachtte hij van zijn spelers meer strijd en beleving. De kwetsbaarheid zat hem vaak in het mentale.

Coach Roestenburg had bij Hercules niet te klagen over inzet en scherpte. Er werd geknokt en gebikkeld en dat leverde in de eerste seizoenshelft veel punten op. Toen hij over een bredere wisselbank beschikte, verdween die strijd vreemd genoeg. Het leek of de spelers minder voor elkaar over hadden. Een kwestie van mentaliteit.

Conclusie
Beide teams doen nauwelijks voor elkaar onder als het gaat om bepalende elementen in de wedstrijd. Ook statistisch is er evenwicht (zie kader). Een gelijkspel lijkt zaterdag voor de hand te liggen, al gebeurde dat slechts éénmaal eerder.

Door: Peter Lotman, AD Haagse Courant
Foto: Jet van Bergen en Henegouwen