In de reguliere competitie begaf DSVD zich in niemandsland. Eenmaal in de degradatiepoule wil Dagmar Oude Voshaar (20) zich met de Deurningers zo snel mogelijk veilig spelen.
Niet opgewassen tegen de top-8 en te sterk voor de drie onderste teams, dat is de conclusie van Oude Voshaar. “Op basis van alle uitslagen in de eredivisie. Van alle teams in de degradatiegroep hebben we gewonnen”, vertelt de jonge opbouwspeelster.
“Als we meer hadden gewild, hadden we er tegen teams uit de middenmoot moeten staan. Soms kwamen we dichtbij, maar echt stunten is niet gelukt. Gelukkig hebben we in de degradatiepoule wel een goede uitgangspositie”, vervolgt Oude Voshaar. Met de meeste bonuspunten zijn de rood-witten aan het gevecht om lijfsbehoud begonnen.
Vertrek van moeder
Via Stevo uit Geesteren en Kwiek kwam ze vier jaar geleden bij DSVD terecht. In Deurningen heeft Oude Voshaar, nu woonachtig in Tubbergen, moeten leren egoïstischer te spelen. “Dat zit niet echt in mijn karakter. De leiding nemen ook niet. Ik speel liever iemand vrij, maar als ik completer en dus gevaarlijker wil worden hoort het erbij.”
In januari werd al bekend dat trainers Jan Majoor en Helma Oude Voshaar, de moeder van Dagmar, bezig zijn aan hun laatste seizoen bij DSVD. “Dat heeft voor mij geen gevolgen gehad. Ik sta los van mijn moeder”, deelt de jongeling die nog niet weet waar ze na de zomer speelt. “Als ik een stap wil maken, moet ik verhuizen.”
Even te laten zien
Nog in Overijssel is DSVD in de degradatiestrijd gestart met een duidelijke overwinning op PSV. “Dit kunnen fijne wedstrijden voor het team worden. DSVD hoort in de eredivisie. Het kan voor vertrouwen voor na de zomer zorgen”, besluit de doelpuntenmaker. “Ook is het voor mij een mooi moment me nog even goed te laten zien.”
Na het paasweekend gaat DSVD op bezoek bij nummer laatst BFC. Daarna wacht het treffen in ’t Veld met VZV.
Foto: Herman Zandhuis
