Na de zes clubs uit de HandbalNL League, zijn ook sommige eredivisionisten weer in training gegaan. Ondanks de goedkeuring van het NOC*NSF overheerst aarzeling in de top weer samen op het parket te staan.
In januari kreeg de topsportlaag in eigen land te horen dat indoor trainen onder strenge maatregelen weer werd toegestaan. In de handbalsport hoort daar twee keer in de week testen bij, waarbij de kosten voor de clubs zelf zijn.
Na LIONS, Aalsmeer, Bevo, Volendam en Hurry-Up zijn ook een aantal eredivisieploegen gevolgd. Zo werkten VOC en SEW afgelopen weekend zelfs een oefenduel af.
Twijfel op maatschappelijk vlak
De helft van de ploegen in de toplaag is nog niet in training. Er wordt flink geaarzeld. In sommige gevallen zijn de kosten te hoog en binnen andere teams slaat de twijfel op maatschappelijk vlak toe: is trainen in deze tijd, zonder sportief doel, een must? In Nederland zijn maar heel erg weinig professionals en moet er gewerkt worden.
Bij sommige clubs heeft de ambitie de overhand gekregen. Er wordt gekeken naar de toekomst, want de hoop is dat na de zomer – zeker door de komst van het vaccin – de competitie weer op normale wijze gestart wordt. Centjes komen op tafel voor testen en zo kunnen ook eredivisionisten zich weer richten op het beoefenen van topsport.
Amateurs
Zal de drempel om te trainen in de lente lager liggen, omdat de kans op besmettingen in de open lucht kleiner is? De tijd zal het leren. In 2020 volgden eerst versoepelingen voor buiten trainen. Pas twee maanden later vanaf 1 juli mochten teams, ook in de topsportlaag, weer de hal in.
Om weer zorgeloos in groepsverband te kunnen sporten zal het besmettingscijfer flink moeten dalen. Dan kunnen ook de amateurs volgen.
Foto: Tina Kolthof