Tussen 2014 en 2019 was Aristos uit Amsterdam vier seizoenen actief in de eredivisie. Inmiddels is de cultclub uit de hoofdstad ver weggezakt. Voorzitter van de eerste divisionist Remco Kensen luidt de noodklok.
Aristos was de afgelopen jaren goed voor reuring en sterke krantenkoppen. Meermaals promoveerden de geel-blauwen met veel bombarie naar de eredivisie. De ‘Aristos Ultras’, de harde kern van de Amsterdamse club, kwam door scherpe teksten op Facebook even vaak in opspraak.
Het afgelopen jaar bungelde Aristos onderaan de eerste divisie. Door de uitbraak van het coronavirus degraderen de Amsterdammers niet. “We hebben zeven spelers voor het eerste team. De groep is erg geslonken. Het kwartje moet goed vallen, maar dat gebeurt de laatste twee jaar niet”, is Kensen duidelijk.
Personele problemen
De voorzitter is eerlijk: Aristos zit in zwaar weer. “We hebben ons altijd gericht op oud-topspelers die niet zoveel meer willen trainen, maar wel op een mooi niveau willen uitkomen. Zo hebben we een aantal jaar in de eredivisie kunnen spelen”, legt Kensen uit. “Maar deze groep wil niet meer op zaterdagavond naar Limburg of de Duitse grens en is ermee gestopt.”
Door personele problemen degradeerde Aristos niet alleen uit de eredivisie, maar ook op het niveau daaronder – de eerste divisie – stond de cultclub allerlaatste. “We hebben twaalf man voor de eerste twee teams en doen vaak een beroep op heren 3. Dat is eigenlijk te gek voor woorden. Daarnaast is de trainersgroep veel te klein waardoor we onze hoofdtrainer Maarten Roestenburg, een échte people manager, zijn kwijtgeraakt.”
Hoofdtrainer
Roestenburg gaat aan de slag bij eredivisionist Hellas. “Ik heb al een tijdje geleden tegen Maarten gezegd: mocht je een aanbieding krijgen dan moet je deze serieus overwegen”, zegt Kensen. “Door de terugloop van leden kunnen wij hem sportief en financieel niet meer bieden wat hij, als HT4-trainer, wel zou moeten krijgen. Ik gun het hem erg. Wij moeten op zoek naar een kandidaat die in het financiële plaatje past én de clubcultuur snapt.”
“Doordat we in de randgemeente van Amsterdam zitten is spelers aantrekken heel moeilijk. Potentiële leden kiezen vaker voor clubs als US en Westsite die centraler liggen. Ik heb een lijstje liggen met dertig man die heel goed bij Aristos zouden passen, maar om uiteenlopende redenen de overstap niet maken. Denk aan wonen, werk en familie. Het zit niet mee”, krabt de voorzitter zich achter zijn oren.
Foto: Jaap van der Pijll
