Tussen alle tieners van Tachos staat sinds twee wedstrijden ook een dertiger. Assistent Roy Meijs (33) kan zich toch niet inhouden.
Vorige maand keerde Meijs voor het eerst sinds 2016 terug in de eredivisie. Bij de club, Tachos, waar voor hij in 2006 op het hoogste niveau debuteerde. “Toen was Sverre Jansen, topscorer in weer mijn eerste wedstrijd voor de club, nog niet geboren”, lacht Meijs.
De Noord-Brabander ziet de humor er van in. Acht jaar geleden was Meijs’ humeur door twee kruisbandblessures stukken slechter. Het dwong hem te stoppen waarna Meijs zich op zijn trainerscarrière richtte. “Ik ben trainer geworden bij mijn eerste club Witte Ster’75 en toen Frank van Ommen twee jaar geleden hoofdtrainer werd bij Tachos heeft hij mij als assistent erbij gevraagd.”
In het middenblok
“In de lente zijn veel basisspelers bij Tachos vertrokken en zo is de groep sterk verjongd. Frank was na meerdere blessures op zoek naar meer ervaring en toen hebben we besloten me weer op het wedstrijdblad te zetten”, legt Meijs uit. “Als linkspoot kom je sneller in aanmerking, al val ik nauwelijks aan. In het middenblok ben ik van waarde met mijn ervaring. Er wordt om communicatie gevraagd en de keepers zijn wijs met mij in het hart van de verdediging.”
Door de coronaperiode is Meijs weer gaan spelen. “Bij Witte Ster organiseerde ik vrijblijvende looptrainingen in het bos. Daar deed ik zelf ook aan mee en de knie reageerde heel goed op de belasting”, legt de rechteropbouwer uit. “Eerst ben ik bij het tweede aangesloten in de eerste klasse en toen de hoofdmacht mensen te kort had ben ik daar verder gegaan. Handbal is mijn leven. Ik sta zes dagen per week in de hal en ben ook nog eens voorzitter van Witte Ster.”
Op snelheid?
“In de midweek werken Frank en ik op de teamtrainingen nauw samen. Op vrijdagavond bespreken we nog wat tactische zaken en dan ga ik me op de afsluitende training op mijn eigen spel focussen. Dan bemoei ik me pas tot de rust, voor hij de kleedkamer binnenkomt, weer met de coaching”, legt Meijs zijn dubbelfunctie in Waalwijk uit.
Meijs blijft genieten van alles buiten de lijnen en nu ook weer erbinnen. “Ik heb heel veel uur in handbal zitten en ben blij dat ik deze jonge ploeg, met veel talenten van de HandbalAcademie, van heel dichtbij kan helpen”, besluit hij. “Op snelheid winnen ze zeker van me, maar qua slimheid nog niet.”
Foto: FotoReza