Sportliefhebbers kunnen alleen genieten van voetbal op het hoogste niveau. Alle andere competities liggen stil. Ook in de handbalsport wordt zo soms een balletje getrapt. Vijf kreten die je hoort uit de mond van handballers wanneer de trainer tijdens de warming-up een voetbal uit de kast tovert.
1. “Ik sta in de spits!”
In ieder team heb je overfanatieke voetballers. Vaak fan van Ajax. Wachten als een rat alle ballen in de spits af. Zo weinig mogelijk vuile meters worden gemaakt om te shinen met een volley in de kruising.
2. “Eerste wissel!”
Voetbal? En je bent nog wel lid van een handbalclub. Op het schoolplein ging jij altijd hutjes bouwen, want de voetbalsport kan je niet boeien. Door vermeende enkelklachten ga je vanaf de kant wat oefeningen doen.
3. “Doen we met of zonder sliding?”
Jij bent niet gemaakt voor de kleine ruimte. Met handbal sta je vaak op de cirkel. Lekker duwen, trekken en sleuren. Tijdens het potje voetbal wacht je alle aanvallers van de tegenstander af om er vol in te gaan. Met een ros naar voren is jouw ploeg de veroverde bal binnen de eerste seconde alweer kwijt.
4. “Ik ga wel op doel…”
Je wilt de pret van de enthousiastelingen niet drukken en dus ga je maar op doel. Het hele kwartier lang. Doordat jij half ingrijpt rollen er wat ballen van de tegenstanders over de doellijn. Jij haalt je schouders op, terwijl de overfanatieke spits vanaf de vijandelijk helft loopt te tieren. Kan jou het schelen.
5. “Tot de zeven?”
Je staat met 6-4 achter, ziet de trainer op de klok kijken en voelt de bui al hangen: verlies en keepers warm gooien. Eindelijk wordt er eens gevoetbald, maar het wil nog niet met je vlotten. Je no look is al vier keer in de voeten van de tegenstander terecht gekomen en je hebt al drie keer het reclamebord boven de goal van de plaatselijke groenteman geraakt. Op FIFA slagen veel meer acties.
Foto: Tina Kolthof