Stipt Payroll/Houten is de kaper op de kust. De kampioen van de eredivisie hoopt het plaatsje in de BENE-League te stelen van Wematrans/Quintus of JMS/Hurry-Up. Doelman Harmen Voogt vindt Houten kansrijk.
Afgelopen weekend werd in eigen huis het eerste puntje in de play-offs gehaald. Eredivisionisten Houten en DFS Anrhem deelden de punten (28-28). “Op basis van de eerste helft is het een gewonnen punt”, vindt Voogt. Na rust maakte Houten een kloof van drie goals goed. “En vijf minuten voor tijd stonden we een aantal doelpunten voor. Toen hebben we een zege uit handen gegeven. Dat hebben we niet goed uitgespeeld.”
“Ze lopen voor op ons”
Aanstaande zaterdag gaat Houten zich meten met een ploeg uit de BENE-League: Quintus. “We hebben ze een jaar geleden in het bekertoernooi al eens verslagen”, lacht Voogt. “Maar dat is doordeweeks en zegt dus niet zoveel. Ze hebben een nieuw jaar ervaring kunnen op doen in de BENE-League. Ze lopen voor op ons. Maar hebben aan de andere kant vaak verloren.”
Versterking
Waar Quintus vier puntjes vergaarde in de grensoverschrijdende topcompetitie kroonden de geel-zwarten uit Utrecht zich een niveau lager tot allerbeste. “Tuurlijk wil je als speler de BENE-League in”, trekt de 32-jarige sluitpost een logische conclusie. “Maar dan moeten we er wel wat te zoeken hebben. De organisatie in de club moet meegroeien. Als we het halen moet er bovendien versterking komen. Daar wordt achter de schermen hard aan gewerkt.”
“De organisatie in de club moet meegroeien”
De routinier verlengde onlangs zijn verbintenis bij Houten met een jaar. “Daar heb ik geen moment over getwijfeld”, grijnst Voogt. “De club het het heel goed voor elkaar. Tijdens de trainingen proef ik een soort gif bij de groep. We kunnen deze weken iets bijzonders neerzetten. We willen erg graag.”
Hurry-Up
Zaterdagavond treft de formatie van Rick Louw Quintus in Kwintsheul. In Gelderland verwelkomt DFS Arnhem de oud-club van Voogt: Hurry-Up. “Ik denk dat zij een maatje te groot zijn in de play-offs. Maar dan blijft er alsnog een plekje over.”
Foto: Tina Kolthof